Vorige week had ik wel vier keer een college van verschillende vakken waarin de definitie van natuur aan bod kwam. Toen dacht ik meteen terug aan mijn column over de wolf. Daarin schreef ik dat Nederland te veel mensen heeft en dat de wolf daarom voor overlast lijkt te zorgen. Discussies over de wolf leiden vaak tot de vraag: Wat is natuur? En eigenlijk is natuur gewoon een waardeoordeel. Iedereen ziet het anders. Het wordt tijd om het met elkaar eens te worden en tot een eenduidige definitie te komen. Misschien moeten we die definitie maar aan deskundigen overlaten. Toch verschilt deze definitie ook tussen biologen en ecologen, merkte ik tijdens die colleges.
Natuur komt van het woord natuurlijk: hetgeen dat als vanzelf gaat of vanzelfsprekend is. Iemand kan van nature aanleg hebben voor balsporten of een goed analytisch denkvermogen. Ook beschouwen we hout als natuurlijk bouwmateriaal, omdat het vanzelf groeit. Zelfs wij mensen zijn vanzelf ontstaan. Toch wordt natuur tegenwoordig vaak gedefinieerd als iets dat niet of minimaal door mensen is aangeraakt. Dit is in elk geval wat de Dikke van Dale en het Oxford-woordenboek als definitie geven. Zelfs Aristoteles stelde dit al: natuur is datgene wat uit zichzelf beweegt of verandert, in tegenstelling tot kunstmatige of door de mens gemaakte objecten. Overigens vraag ik me hierdoor wel af of er überhaupt kunstmatige objecten bestaan die niet door de mens zijn gemaakt.
Je zou kunnen zeggen dat vogelnesten, spinnenwebben en beverdammen kunstmatig zijn, omdat deze niet uit zichzelf bewegen of veranderen. Maar dan zouden alleen abiotische, dus niet-levende, factoren en voorwerpen natuur zijn, zoals wind, regen en waterstromen. Als we ervan uitgaan dat alles wat door mensen is aangepast geen natuur meer is, dan hebben de mensen gelijk die elke discussie smoren met: Ja, maar Nederland heeft toch geen natuur? Want zo ongeveer heel Nederland bestaat uit cultuurlandschap. De kleine beetjes ongerepte natuur liggen in Limboland (Limburg).
De docent van het eerste college gaf aan dat er over natuur veel verschillende en tegengestelde opvattingen bestaan, zoals drie verschillende natuurbeelden: de natuur als vijand, de natuur als vriend en de natuur als gebruiksvoorwerp. Allerlei opvattingen grijpen terug op deze beelden. De wolf zien we als vijand, maar hij kwam oorspronkelijk wel voor in Nederland en is dus eigenlijk échte ongerepte natuur. We vinden het vreselijk dat de wolf onze schapen doodt, maar hij kan niet bewust nadenken zoals wij. Hij is geprogrammeerd om alles te pakken wat hij pakken kan, en het is natuurlijk makkelijk als zijn prooi niet kan wegrennen. Maar zijn die schapen dan eigenlijk wel natuur? Een wild schaap zou immers vrijuit moeten kunnen vluchten. En zijn wij, die de schapen daar hebben neergezet, zelf eigenlijk wel natuur? De één zegt van wel, de ander zegt van niet.
Is het natuurlijk dat we alles volgooien met beton en asfalt, zoals een bever een burcht bouwt? Nu wordt het wel een heel filosofisch verhaal, maar het zit in onze natuur om overal structuur in te zoeken en te maken. Misschien is ons instinct wel de zoektocht naar structuur. We hebben geen natuurlijke vijanden, behalve elkaar, en staan dus bovenaan de voedselketen. Wat maakt dan dat we tóch geen natuur zijn? Ons bewustzijn en het feit dat wij op gigantische schaal hele ecosystemen veranderen en soorten laten uitsterven door onze manier van leven en het aanbrengen van structuur.
De bever is een voorbeeld van een ecosysteemingenieur: door zijn bouwwerken verandert het landschap en daarmee een ecosysteem. Maar als wij onderdeel zijn van de natuur, dan zijn wij zo ongeveer de grootste ecosysteemingenieur ter wereld. Met het aanbrengen van structuur in het landschap hebben we op grote schaal ecosystemen, habitats en populaties veranderd. De tweede docent gaf dan ook aan dat er soms wordt gesproken van een antropoceen tijdperk: het tijdperk van de mens. We hebben zelfs wilde dieren zo ver doorgefokt dat er nu soorten zijn die van nature mensgericht zijn: onze trouwe viervoeters en miauwende plaagbestrijders.
Toch staan we ook deels boven de natuur, omdat we een bewustzijn hebben. We zijn ons bewust van onze acties en de gevolgen daarvan. Dat bewustzijn maakt dat we onszelf eigenlijk niet als natuur kunnen beschouwen. Alles wat wij doen gaat niet vanzelf in de zin dat we de gevolgen van onze acties kunnen afwegen. Daarom denk ik niet dat wij natuur zijn. Maar we moeten wél verantwoordelijkheid nemen voor onze acties.
Hoewel Nederland platgeslagen eigenlijk alleen uit cultuurlandschap bestaat, is hier wel degelijk natuur. De derde docent maakte de genuanceerde definitie van de eerste docent echter volledig kapot: volgens hem is natuur niets anders dan landschap. Dan rijst weer een andere vraag: zijn gebouwen ook landschap? Ja, gebouwen zijn cultuurlandschap. En ook in dit landschap is natuur, zoals Aristoteles en de Van Dale bedoelen: een aantal diersoorten ziet de bebouwde kom als een prima thuisbasis. Natuur is overal waar je kijkt—als je maar weet waar je naar moet kijken.
In een landschap dat is gevormd door de mens, met de gevolgen van dien voor inheemse soorten, is het ook aan de mens om ervoor te zorgen dat die inheemse soorten zo veel mogelijk gewaarborgd blijven. Al die eindeloze regels en wetten waar sommige mensen zich aan ergeren, bestaan juist omdat we zo dichtbevolkt zijn. Nederland heeft misschien geen ongerepte natuur, maar in dit cultuurlandschap van afgeplagd veen en ingepolderde moerassen doen we ons best om natuur te behouden—en zelfs te creëren. Denk aan de Oostvaardersplassen en de Marker Wadden. Hier vinden natuurlijke processen plaats, maar als het ecosysteem qua biodiversiteit uit balans dreigt te raken, moeten we toch echt ingrijpen.
Over dit onderwerp kan ik nog wel tienduizend woorden doorgaan, maar dan wordt het wel héél filosofisch. De vierde docent die over de definitie van natuur begon, begreep dat de klas inmiddels helemaal sufgeluld was over dit onderwerp. Toch zorgde het voor interessante gesprekken. Wie weet komt er ooit een eenduidig antwoord op de vraag wat natuur is en of de mens nou meedraait in een ecosysteem of ernaast staat en van buitenaf invloed uitoefent op natuurlijke processen. De definitie dat landschap gewoon natuur is, is toch makkelijker. Maar ja, wat is dan landschap?